Een aparte categorie onder de Zuiderzeevissers waren de zogenaamde walvissertjes. Directeur F. Lieben van de Gemeentelijke Visafslag stelde in 1915 voor om voor deze vissers iets extra's te doen. Het waren kleine vissers die hun waar door hun echtgenote in de stad lieten verkopen. Zij kregen korting op het gebruik van de afslag voor het verkopen van hun vis.
De werkwijze van de visafslag van Harderwijk vond al snel navolging in andere Zuiderzeeplaatsen. Een visser kwam bij de visafslag en gaf bij de directeur aan hoeveel hij wilde verkopen. Desgewenst bracht hij een voorbeeldvisje van zijn waar in en legde dit in een aparte bak zodat een ieder kon zien om welke kwaliteit vis het ging. De verkochte vis moest natuurlijk aan het monster voldoen. De beëdigde weger woog de partij en gaf het verkochte af aan de koper. De laatste gaf tenslotte een bewijs van ontvangst af.
Op de foto een veelsoortigheid aan vaartuigjes, gebruikt door walvissers, liggend aan het havenhoofd van Harderwijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten