De risico’s van het vissen met de kuil waren normaal gesproken beperkt: de grond waarop men viste was glad en er werd zelden vastgetrokken. Liep de kuil toch vast, dan was dat meestal in een duintje. Duintjes werden gevormd doordat door de werking van het ijs de schotsen over elkaar de grond in schoven.
Na de strenge winter van 1928-’29 zat er zelfs in juni nog een duin op het Enkhuizerzand! Ze hebben toen zelfs de marine erbij gehaald om het kapot te schieten. De Brinio, één van de kanonneerboten van de Zuiderzee, zou het hebben gedaan.
Op de foto heeft de bemanning van de MK134 net de kuil gehaald en schept de spiering eruit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten