woensdag 3 april 2013

Vissen op de Zuiderzee, een familietraditie

Volgens Jan Hopman (geboren 1897) uit Bunschoten-Spakenburg, viste zijn familie al sinds het einde van de zeventiende eeuw op de Zuiderzee. De stamboom gaat terug tot 1697 naar Bunschoten alwaar Jan Stevens Hopman geboren werd. Overgrootvader Steven Hopman (1803-1870) zorgde voor een rechte lijn van Zuiderzeevissers en voor het doorgeven van de voornamen, wisselend, Jan en Steven. Er was ook nog een familietakje van boeren, “maar in ming veurgeslacht is ’t aorstom gegaan; die zijn wel met boerenvrouwen getrouwd, maar ze ben zelf nooit boer geworden.” Toen Jan Hopman in 1961 moest stoppen met de Zuiderzeevisserij kwam er een einde aan deze familietraditie.
Jan Hopman kwam als 14-jarige in 1911 aan boord bij zijn vader, op de botter BU 87. En vijftig jaar later kocht hij met broer Hendrik de botter MK 30 waarmee ze zouden blijven vissen tot 1961. De directe aanleiding om te stoppen was niet de afsluiting van de Zuiderzee, maar een aanvaring met een betonningsvaartuig in de buurt van de Bunschoter haven. In het achterschip was een gat ontstaan en – hoewel de schade vergoed werd – waren de leeftijd en het aflopen van de visserij redenen genoeg om vaarwel te zeggen tegen de visserij.


Op de foto Jan en Hendrik Hopman op hun botter MK 30.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten